Het Taalbad
);" />
© CVO Scala

In het studentencafé

Vul het imperfectum in

Voorbeeld: Jan (studeren) studeerde al bijna vjf jaar maar hij (hebben) had nog geen diploma.
Laura (werken) gisteren in café "De pintelier".
Jan (bestellen) een pintje bier.
Hij (betalen) aan Laura.
Hij (willen) de krant lezen.
Hij (luisteren) ook naar het nieuws op de radio.
Plots (voelen) hij zich een beetje verliefd. Verliefd op Laura.
Hij (trakteren) haar.
Zij (bedanken) hem.
Ze (fietsen) samen naar het park.
Ze (wandelen) langs het water.
Dat (zijn) het begin van hun relatie.