Het Taalbad
);" />
© CVO Scala

Jan gaat studeren

Wat past bij elkaar?

Leesoefening - zinnen met "want", "omdat" en "om te"
Jan gaat binnenkort in Gent studeren
Hij gaat naar de huisvestingsdienst
Hij zoekt een kleine kamer
Hij wil een graag in een studentenhuis wonen
Op de huisvestigsdienst krijgt hij een lijstje met nummers
Hij krijgt een afspraak
Hij vindt de kamer fantastisch
Hij spreekt meteen af
Hij wil deze kamer zo graag
Dat is belangrijk voor Jan